CO2 wordt grondstof voor chemische industrie
Nieuwe technologie zet industriële uitstoot om in bioplastics

Een baanbrekend Europees project heeft een innovatieve technologie ontwikkeld om CO2-emissies van bio-industriële processen – zoals papierproductie en voedingsproductie – om te zetten in waardevolle organische zuren. Het VIVALDI-project, gecoördineerd door de Universitat Autònoma de Barcelona (UAB), draagt zo een steentje bij aan de verkleining van de ecologische voetafdruk.
Van uitstoot naar grondstof
De kern van het VIVALDI-concept ligt in het opvangen, zuiveren en omzetten van CO2 met behulp van elektrochemische en biotechnologische technieken. Daarbij ontstaan verbindingen zoals methanol en mierenzuur – eenvoudige moleculen die vervolgens als basis dienen voor complexere zuren (zoals melkzuur en itaconzuur) die nu nog uit fossiele bronnen gewonnen worden.
Het project is gericht op bio-industrie zoals de voedings-, bio-ethanol-, biochemie- en de papiersector. Door de CO2- emissies van deze bedrijven te hergebruiken in hun eigen productieproces, wordt circulariteit bevorderd en de ecologische voetafdruk verkleind.
Proof of concept en volgende stappen
Tijdens een succesvolle proof of concept zijn onder meer bestek van bioplastic en nieuwe diervoederadditieven geproduceerd. Daarnaast zijn er significante verbeteringen geboekt in de CO2-opname en -zuivering, evenals de elektrochemische omzetting. Ook werd een innovatief bio-elektrochemisch proces ontwikkeld om ammonium en andere voedingsstoffen uit afvalwater te recycleren.
Volgens projectcoördinator prof. Albert Guisasola (UAB) betekent deze technologie “een belangrijke stap richting een CO2-gebaseerde industrie die bijdraagt aan het verlagen van de koolstofvoetafdruk en het verminderen van onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen – volledig in lijn met de klimaat- en bio-economische doelstellingen van de EU.”
Het team werkt nu aan opschaling naar een pilotschaal met reactoren van 1 m3 en onderzoekt bredere toepassingen in andere CO2-emitterende processen.
Europees samenwerkingsverband
Het VIVALDI-project wordt geleid door de GENOCOV-onderzoeksgroep, in samenwerking met ENG4BIO, beide van de UAB en heeft een budget van bijna zeven miljoen euro. Het consortium telt 16 partners, waaronder bio-industriële spelers (zoals SunPine AB, Damm, Novamont en Bioagra) en technologische ontwikkelaars zoals VITO, Helmholtz-Centrum voor Milieuonderzoek, LEITAT, Processium, Avantium, de BOKU-universiteit in Wenen, en de Luleå University of Technology. Ook Nutrition Sciences nam deel als eindgebruiker.
Daarnaast werkte het team samen met het BETA Technologiecentrum (UVic-UCC), het technologie- en innovatie-adviesbureau ISLE, en CO2 Value Europe, de Europese brancheorganisatie voor koolstofcaptatie en -valorisatie.
Het VIVALDI-project werd gefinancierd door het Horizon 2020 onderzoeks- en innovatieprogramma van de EU, onder subsidieovereenkomst nr. 101000441.
Bron: VITO