Fevia en Comeos: “Nieuwe zwerfvuiltaks tot vier keer hoger dan in onze buurlanden”
In juli keurden de drie Belgische gewesten de invoering van een zwerfvuiltaks goed, waarbij producenten verantwoordelijk worden voor de opruimkosten van zwerfafval. “Die maatregel komt neer op een extra kost van 102 miljoen euro voor bedrijven die bepaalde verpakkingen op de markt brengen, bovenop de al bestaande verpakkingstaksen”, stellen Fevia en Comeos.

De voorgestelde heffing vloeit voort uit de Europese Single Use Plastic-richtlijn, die producenten en distributeurs verantwoordelijk stelt voor zwerfvuil afkomstig van bepaalde wegwerpplasticproducten. De extra belasting komt bovenop de bestaande bijdragen: 300 miljoen euro voor inzameling en recyclage via Fost Plus, en 351 miljoen euro voor de federale heffing op drankverpakkingen. Samen met de voorgestelde 102 miljoen stijgt de totale factuur voor de sector tot 753 miljoen euro. Ook de nieuwe Europese verordening rond verpakkingen (Packaging & Packaging Waste Regulation) zal bedrijven dwingen tot grote investeringen.
Gevaar voor meer grensaankopen
Bart Buysse, de CEO van Fevia, waarschuwt dat de zware fiscale druk de consument nog meer over de grens jaagt. “De torenhoge fiscale druk, zeker op drankverpakkingen, is nu al een belangrijke drijfveer achter de stijgende grensaankopen. In 2024 werd voor 747 miljoen euro aan voeding en dranken over de grens gekocht, een stijging van 37 procent ten opzichte van 2022”, stelt de topman.
Fevia en Comeos waarschuwden reeds tijdens de vorige legislatuur voor de buitensporige impact van deze taks. “Terwijl Belgische bedrijven al hogere heffingen dragen dan hun buitenlandse concurrenten, ligt de zwerfvuiltaks in België alsnog drie tot vier keer hoger. Het voorstel betekent een kost van 8,7 euro per Belg”, stellen de federaties.
“Een taks van deze omvang is onmogelijk te verantwoorden”, zegt Lora Nivesse van Comeos. “Zonder substantiële verlaging tot het niveau van onze buurlanden, is dit voor onze bedrijven onhoudbaar. Het ondergraaft hun competitiviteit op een moment dat ze al tal van economische uitdagingen moeten trotseren.”
Belasting met terugwerkende kracht
De gewesten willen de eerste betaling al in april 2026, voor verpakkingen die bedrijven in 2025 op de markt brachten. “Dit komt neer op een belasting met terugwerkende kracht. Bedrijven worden geconfronteerd met kosten voor producten die ze al op de markt hebben gebracht, zonder dat het bedrag vooraf bekend was”, stellen de federaties. “Bovendien dreigt Fost Plus, de Belgische organisatie die instaat voor het inzamelen, sorteren en recycleren van huishoudelijke verpakkingen, onterecht de volledige kost te dragen voor het zwerfvuil.”
Fevia en Comeos herhalen hun concrete voorstel, dat ook al werd ingediend bij de vorige regeringen. “Begin met een forfaitair bedrag van maximaal 30 tot 35 miljoen euro, in lijn met onze buurlanden. Dit laat toe om een volwaardige berekeningsmethodiek op poten te zetten, gebaseerd op de principes van de SUP-richtlijn: transparantie, proportionaliteit, kostenefficiëntie en gedeelde verantwoordelijkheid. Dat voorkomt veel problemen en tast de competitiviteit van de bedrijven niet aan, net op een moment dat ze steun zouden moeten krijgen.”